Terug naar het overzicht

Erfenis

10 december 2009 /
Ds. Aart Mak

De afgelopen week heb ik dan eindelijk het toneelstuk over dominee Zelle gezien. Het speelde in de Toneelschuur in Haarlem, de zaal was uitverkocht en na afloop vertelde Freark Smink dat zoals Zelle vroeger volle kerken trok, zij nu elke keer voor een volle zaal spelen. Over Zelle zelf zal ik het verder nu niet hebben - dat deed ik al eerder op dit tijdstip, maar Smink vertelde na afloop ook dat toen Zelle in 1983 dood achter zijn tafel werd gevonden, hij een bedrag van 1 miljoen gulden verspreid over allerlei boekjes had staan. Zijn twee broers en zus, die nooit bij hem en zijn moeder de drempel over mochten komen en met wie hij dus geen contact had, waren de erfgenamen. De ene broer kocht er een grote BMW van die na 5 maanden gestolen werd. De andere broer had drie dochters, had het geld zelf niet nodig, deelde het in drieën en gaf het aan zijn dochters om vervolgens een jaar later een torenhoge belastingaanslag te krijgen. De zuster, Sjoukje, speelt in het verhaal verder geen rol. Moet u zich voorstellen: een miljoen gulden, bijeengegaard door een man die elk dubbeltje teveel vond om uit te geven. Ja, dan is er wel wat te erven!

In het nieuws van de afgelopen week ging het ook over twee Hongaren die miljoenen van een onbekende oma erfden. Het bijzondere aan het verhaal is vooral dat zij niet in een huis maar in een soort grot leven. Ze komen aan de kost door het afval dat ze op straat vinden te verkopen. De twee broers kregen bezoek van een notaris die hen met veel moeite had gevonden en toen bleek hun dat hun overleden oma iemand was met miljarden euro's vermogen. Omdat hun eigen moeder die hen verstoten had, ook al was overleden, erfden zij als kleinkinderen samen met een paar anderen in de Verenigde Staten, nu zoveel geld dat zij zich de rest van hun leven nooit meer zorgen over geld hoeven maken. De broers zijn dolblij, al moeten ze nog zien te bewijzen dat hun eigen moeder echt overleden is. Erfenissen kunnen vreemde meteorieten in iemands leven zijn. In het algemeen weet iedereen dat heel wat families door erfeniskwesties uiteen gevallen zijn in haat en nijd. Als er geen goede afspraken zijn gemaakt, maakt geld van brave burgers egoïsten die alleen nog maar jaloers en hebzuchtig met hun eigen familieleden kunnen omgaan. De erflater mag dan gespaard hebben, maar als het zo gaat, kun je daar als erfgenaam beter voor gespaard blijven.

Over erfenissen gesproken. Er was er nog een in het nieuws. President Obama van de Verenigde Staten ontvouwde zijn plan voor Afghanistan. De oorlog in dat land is ook een erfenis, gekregen van zijn voorganger. Om niet helemaal vast te lopen in dat politiek zo moerassige land, gooit hij er nog een keer een flinke schep bovenop om dan over twee jaar zich verantwoord terug te trekken. Ik hoop dat het lukt, er zullen nog veel mensen sterven, maar als het nu voor de vrede daar is? Je zult maar een erfenis krijgen waarin je dat soort afwegingen moet maken. In Nederland is het gekrakeel alweer losgebarsten. Ongetwijfeld zullen allerlei politici veel woorden gebruiken zonder te zeggen dat ze bang zijn weggestemd te worden. Ten diepste kan niemand zeker weten of het een goed besluit is om toch nog een keer te proberen van Afghanistan een functionerende democratie te maken. Als je dat niet weet, is er dus iets anders nodig: politieke moed. Mensen dus die niet bang zijn verantwoording af te leggen voor iets waar ze nu nauwelijks handen voor op elkaar krijgen.

Dat brengt mij tenslotte bij nog een erfenis. Dat is wel een hele merkwaardige. In het landschap van Nederland en overigens ook in alle Europese landen, tref je kerktorens aan. In Friesland is geen dorp te vinden zonder een of meer torens die bij een godshuis horen. Moeder zei vroeger dat die torens omhoog wezen naar God om ons te herinneren aan zijn bestaan. Er zijn talloze Nederlanders die nooit meer een kerk van binnen zien maar er wel graag geld voor over hebben als hun gevraagd wordt bij te dragen aan de restauratie van de Middeleeuwse kerk en kerktoren in hun dorp. Dit hoort dus bij het erfgoed van Nederland, los van de vraag hoeveel Nederlanders nu wel of niet iets met de boodschap van de kerk hebben. En toen schrokken we de afgelopen week even. Want in Zwitserland, een land met welgeteld maar vier moskeeën met een minaret en weinig animo onder de moslims daar om er meer te bouwen, hebben ze per referendum nu besloten dat er geen minaret meer bij mag. En ineens doen ze hier in Nederland, de PVV maar ook de VVD en de SGP vreemde uitspraken. Dat men moeite heeft met een andere godsdienst en dat er in die godsdienst hier en daar vreemde opvattingen o.a. over geweld worden gekoesterd, weten we nu wel. Maar in alle nuchterheid zou je dan ook met terugwerkende kracht allerlei kerktorens moeten verbieden omdat in de tijd dat die gebouwd werden, de gelovigen andere gelovigen verketterden en hele bevolkingsgroepen discrimineerden omwille van hun geloof. Dat doen we niet en dat is maar goed ook. Want, en nu kom ik op de laatste erfenis, we hebben met elkaar afgesproken dat alle godsdiensten voor de wet gelijk zijn. Het is opvallend hoe snel ook deze geestelijke, zelfs wettelijk vastgelegde erfenis door sommigen aan de kant wordt geveegd, alleen maar omdat een kleine meerderheid van het Zwitserse volk dat al eeuwen bekend staat vanwege hun angst voor vreemdelingen, nu besloten heeft dat in de dalen van dat bergland wel moskeeën maar dan zonder minaret mogen komen. Ook hier komen het egoïsme en de angst om zelf tekort te komen weer op een merkwaardige manier aan de oppervlakte. Een zelfde verbazing overvalt mij bij het goed kijken en luisteren naar dominee Zelle. Hij was gewoon een gereformeerde populist zonder enig gevoel voor zijn omgeving en zijn medemensen. Heeft hij ooit iemand echt getroost?, vraagt de acteur zich in een terzijde op het toneel af. Maar ook bij Johannes Hendricus Zelle gold dat hele volksstammen achter hem aanliepen. Vreemd toch.

Met muziek van Grieg en Rachmaninoff. Verder hoorde een flard van Vivaldi's 'Concert in G voor hobo en fagot' en Dirk Out in de Martinikerk in Bolsward die improviseerde op de melodie van gezang 121 (Godlof, nu is gekomen, Gods aangename tijd ).Gelezen werd uit Leviticus 19: 33-34. Het gebed kwam uit de bundel 'Bij gelegenheid (II)' van Sytze de Vries.
 

Deel deze column:

Andere gerelateerde columns: